Schriftelijke vraag betreffende de evaluatie van de doelstellingen van de OGSO-pool Biestebroeck
- Indiener(s)
- Isabelle Pauthier
- aan
- Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 878)
Datum ontvangst: 25/07/2022 | Datum publicatie: 03/10/2022 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 21/22 | Datum antwoord: 20/09/2022 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
18/08/2022 | Ontvankelijk |
Vraag | In 2013 werd in het zogenaamde demografisch GBP een nieuw type gebied gecreëerd binnen de Brusselse stadsplanning: het ondernemingsgebied in een stedelijke omgeving (OGSO). Vanuit het oogpunt van het Gewestelijk Ontwikkelingsplan van 1995 en het Gewestelijk Bestemmingsplan tot dan toe, was het de bedoeling de industriële capaciteit van Brussel, een zwakke functie als gevolg van de deïndustrialisatie, te beschermen, evenals de huisvesting, die steeds onder druk stond door de stadsvlucht, en tegenover de tertiaire sector, die een bron van belastinginkomsten was voor de gemeenten. De dynamiek is veranderd (en zo ook de onroerendgoedbelasting), en huisvesting is een sterke functie geworden. Productieve activiteiten blijven een afnemende functie. De tertiaire sector wordt geherconfigureerd. De zwakke functies zijn de groene functies, waaronder stadslandbouw. Wie nieuwe inwoners zegt, zegt nieuwe diensten, waaronder voorzieningen om de doelstellingen van de "10-minutenstad" te verwezenlijken. Geconfronteerd met de demografische boom van 2007-2012 en onder druk van projectontwikkelaars die klaagden dat ze geen terreinen meer konden vinden, heeft het Gewest beslist om voormalige stedelijke industriegebieden en voormalige haven- en transportgebieden om te vormen om tegemoet te komen aan de noodzaak om een functionele mix te overwegen in gebieden die vroeger monofunctioneel waren (door ze open te stellen voor huisvesting). Sommige zones van het grondgebied, waar verschillende gegroepeerde OGSO’s zijn geconcentreerd, vormen sindsdien bevoorrechte plaatsen van herontplooiing van de huisvesting. Het Overzicht van de huisvestingsvergunningen geeft ons globale cijfers. Zo tekent het OGSO 9% van de in 2018-2019 vergunde netto-oppervlakte aan woningen op, d.w.z. een toename van 76.000 m². Gezien het potentieel van deze gebieden en tien jaar later, is het raadzaam deze balans bij te werken. Hoewel de productieve activiteiten nu minder omvangrijk zijn en de overheidsactoren, Citydev en perspective ruimtelijke richtsnoeren hebben opgesteld, blijft de kwestie van de toegang tot de waterweg belangrijk, evenals de kwestie van het samenleven van functies. De ontwikkeling van opportunistische functies kan worden waargenomen. Een van deze OGSO’s is de pool "Biestebroeck" in Anderlecht Mijn vragen zijn als volgt
|
Antwoord | Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen: Ik heb uw vele vragen over de invulling van bovenvermeld OGSO goed ontvangen. Deze vragen vallen buiten mijn bevoegdheid en zijn eigenlijk rechtstreeks bestemd voor de staatssecretaris voor stedenbouw of voor de minister van mobiliteit. Daarom stel ik u voor uw vragen tot hen te richten. |